Author Archives: Samuel

SOS Préma vraagt aandacht van Franse regering voor ouders van te vroeg geboren baby’s

Elk jaar worden wereldwijd meer dan 13 miljoen baby’s te vroeg geboren, zo blijkt uit cijfers van de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO). Ook in België ervaren heel wat gezinnen de impact van een vroeggeboorte. Griselda en Enzo, de ouders van de kleine Azùra, maken het van dichtbij mee. Hun dochter werd te vroeg geboren en ligt in het ziekenhuis in Nîmes – een rit van 150 kilometer per dag voor haar ouders. De Franse vereniging SOS Préma, erkend door het Franse ministerie van Volksgezondheid, vraagt met dit aangrijpende verhaal aandacht voor de dagelijkse strijd van dit gezin. 

Vroeggeboorte komt regelmatig aan bod bij Born in Brussels, in artikels zoals: Premature baby’s: enkele artikels over deze wijdverspreide kwestie,Prédire l’accouchement prématuré, ce sera bientôt possible (et révolutionnaire !) (enkel beschikbaar in het Frans), “La peur au ventre” : puissant témoignage sur la prématurité (enkel beschikbaar in het Frans) en Vroeggeboorte: de WGO en UNICEF luiden de alarmbel over deze “stille noodsituatie”. SOS Préma laat op dit moment van zich horen over een thema dat talloze gezinnen raakt – in Frankrijk, maar ook in België – en waarbij de aanwezigheid van ouders bij hun te vroeg geboren kinderen cruciaal is. Hun standpunten sluiten sterk aan bij wat ook sommige gezinnen in ons land meemaken.

Deze situatie is onaanvaardbaar!” zegt Charlotte Bouvard, voorzitter van SOS Préma. “Toch krijgen we regelmatig noodkreten van ouders binnen. De kosten voor brandstof, tolwegen en parkeren – dat in de buurt van ziekenhuizen steeds vaker betalend is – lopen snel op. Tel daar nog de oppaskosten voor de andere kinderen bij en het wordt voor veel gezinnen simpelweg onmogelijk om elke dag hun pasgeboren baby in het ziekenhuis te bezoeken. Wij vragen alleen dat ouders bij hun te vroeg geboren kindje kunnen zijn. Het is van levensbelang!”

{Persbericht (in het Frans): Le combat des parents de prématurés doit cesser!}

Griselda en Enzo hebben de pers ingeschakeld, omdat ze elke dag moeten knokken om aan het bed van hun dochter Azùra te staan. Ze werd geboren na vijf maanden zwangerschap, woog slechts 630 gram, en ligt in het ziekenhuis van Nîmes,150 kilometer van huis. Een onhoudbare situatie, die allerminst uniek is: elk jaar zitten duizenden ouders in exact dezelfde positie. Al 20 jaar waarschuwt SOS Préma overheidsinstanties voor de schrijnende situatie van ouders van te vroeg geboren baby’s, die klem zitten tussen de noodzaak om dicht bij hun baby te zijn, zoals de medische wereld vraagt, en de logistieke en financiële obstakels. Toch lijkt de boodschap maar niet door te dringen.

Aanwezigheid van de ouders is van vitaal belang

Toch bevestigen wetenschappelijke studies, met bijzonder duidelijke bewijzen, dat de aanwezigheid van ouders bij hun te vroeg geboren baby geen optie is, maar een vitale zorg. De aanwezigheid van de ouders speelt een belangrijke rol in de neurologische ontwikkeling van de baby, vermindert het risico op complicaties en verkort de verblijfsduur in het ziekenhuis. Ontwikkelingszorg, de individuele zorg voor het kind en zijn familie, is onmogelijk zonder de voortdurende aanwezigheid van de ouders.

Ontwikkelingszorg is geen luxe, maar een noodzaak

Het argument dat er geen ruimte is voor ouders, of dat het een last zou zijn voor het ziekenhuis, is niet langer houdbaar. De verdeling van middelen in het land is schandalig en onrechtvaardig! Ziekenhuizen zoals dat van Créteil hebben goed begrepen dat de constante aanwezigheid van de ouders van prioritair belang is voor de gezondheid van het kind. Daar zijn op de afdeling neonatale intensieve zorg sinds kort kamers beschikbaar voor ouders. Deze oplossingen moeten overal in de zorginstellingen worden doorgevoerd.

Ongelijkheid in neonatale zorg is onaanvaardbaar

Zich in de schulden steken, in bestaansonzekerheid terechtkomen of de gezondheid van hun baby opofferen: voor sommige ouders is dit een onmogelijke keuze, die een falend volksgezondheidsbeleid en een zorg met twee snelheden in Frankrijk aan het licht brengt. Deze ongelijkheden vertalen zich ook in dramatische cijfers over de babysterfte, die de laatste twintig jaar zijn gestegen en Frankrijk van de tweede naar de tweeëntwintigste plaats in Europa hebben doen zakken.

Referentiekader

De regering heeft nochtans in 2021 het Charte du nouveau-né hospitalisé (Handvest van het gehospitaliseerde pasgeboren kind) goedgekeurd, als onderdeel van het programma voor de eerste duizend dagen van het kind. Dit handvest, ontwikkeld door SOS Préma en de Franse vereniging voor neonatologie SFN, wordt ondersteund door alle beroepsverenigingen in de perinatale zorg. In dit handvest gaan ouders en zorgverleners op basis van tien punten de verbintenis aan om te voldoen aan de essentiële behoeften van de baby. Het biedt een referentiekader om zorg te garanderen die gericht is op het kind en zijn gezin. Zo garandeert het eerste punt de voortdurende aanwezigheid van minstens één van de twee ouders bij de pasgeborene.

SOS Préma doet meer dan aan de alarmbel trekken en eist nu ook concrete oplossingen:

  • faciliteiten die zijn aangepast aan de voortdurende aanwezigheid van ouders op alle neonatologieafdelingen, in heel Frankrijk, voor alle kinderen, zonder uitzondering en zonder extra kosten voor het gezin;
  • nationale financiering om toegang tot deze zorg te garanderen totdat herinrichtingen plaatsvinden, en dit in alle ziekenhuizen, op een eerlijke manier;
  • en de eindelijke oprichting van een Hoog Commissariaat voor Kinderen, zoals de regering had aangekondigd, en waar iedereen in de perinatale zorg op wacht, om eindelijk de behoeften van kinderen en gezinnen centraal te stellen in het regeringsbeleid.

Krachtige verbintenis van de Franse regering

De verwaarlozing van te vroeg geboren baby’s en hun ouders is een schande voor ons land. We kunnen niet langer wachten. We eisen een krachtige verbintenis van de regering om ervoor te zorgen dat elk kind, elke ouder, een gelijke kans en de best mogelijke omstandigheden krijgt om deze strijd te doorstaan die een sneeuwbaleffect heeft en op lange termijn grote sociale, menselijke en medische gevolgen kan hebben. Er is niets fragieler dan een te vroeg geboren baby, en dit kind, net als alle andere pasgeboren kinderen, is de volwassene van morgen, van onze toekomst. Het is tijd dat onze samenleving eindelijk haar verantwoordelijkheid neemt en dat de regering een gezondheidsbeleid voor de lange termijn invoert.

Gedeeld door Samuel Walheer

“Maman va danser”: het nieuwe concept voor het welzijn van mama’s, nu ook in België!

Wil je uit de dagelijkse sleur ontsnappen, op adem komen, dansen, herbronnen, plezier maken met vriendinnen of gewoon even alles vergeten? Dan is “Maman va danser” (mama gaat dansen) je op het lijf ge­schre­ven! Het oorspronkelijk Duitse concept komt nu ook naar België. Die dansavonden zijn speciaal voor mama’s die allemaal hetzelfde meemaken, maar ook voor vrouwen die gewoon willen ontspannen met een toffe afterworkparty. Hou de socials in het oog!

“Maman va danser” kent een groeiend succes. De afgelopen maanden heeft het concept overal in Frankrijk zijn intrede gedaan, tot grote vreugde van vele mama’s. Het zal niet lang meer duren voordat het ook in België in zwang raakt. Vrouwen die zin hebben in een feestje krijgen zo de kans om een hele avond te genieten van een concept dat gewijd is aan hun geestelijke gezondheid. De kers op de taart is dat je je niet schuldig hoeft te voelen, want over het algemeen beginnen de events kort na de werkuren. Je kan dus voor middernacht naar huis gaan om de volgende ochtend voor je kinderen te zorgen.

“We vliegen er meteen in, super efficiënt! We verliezen geen tijd zodat we vroeg naar huis kunnen bij onze partner en kinderen.Julie, 37, communicatieverantwoordelijke, in een interview door de RTBF.

Een verademing

Dat het concept aanslaat hoeft niet te verbazen. Voor veel mama’s blijft er naast de dagelijkse taken weinig of geen ruimte over voor hun eigen activiteiten. Naast het werk, de zorg voor de kinderen en het huishouden is tijd voor zichzelf maken een echte uitdaging voor hen. De feestjes zijn dus een echte verademing, want ze bieden mama’s – en andere vrouwen – een moment alleen voor hen (dus zonder mannen).

“Het zijn afterworkparty’s van 19 tot 22 uur en exclusief voor vrouwen, in de eerste plaats voor mama’s maar ook voor anderen. Vrouwen die willen ontspannen na een werkdag of de rush met de kinderen na school (huiswerk, bad, eten) zijn allemaal welkom“, zegt Constance d’Amécourt, die de Soirées Diva in Parijs organiseert en door de RTBF werd geïnterviewd.

Gewoon top!

Een atypische locatie, een speciaal decor, een buffet, muziek, stras en glitter: ziehier het magische recept voor een geslaagde avond speciaal voor mama’s. Het succes van de events is dus geen toeval. Bovendien hebben ze vele voordelen:

  • Het is een avond zonder mannen waar je helemaal jezelf kan zijn, zonder druk of verleiding en zonder gestoord te worden, en dat is geruststellend.
  • Je vindt er een zorgzame gemeenschap die je niet veroordeelt. Je beleeft gewoon een avond vol plezier en verbondenheid met andere vrouwen.
  • Je kan even alles vergeten: er is geen dresscode en er zijn geen gsm’s, zodat je volop kan genieten.
  • Het is een fysieke en emotionele uitlaatklep: je kan je laten gaan in een veilige omgeving en je zelfvertrouwen herwinnen – en dat doet deugd.

“Als er ook mannen zijn, besteden vrouwen meer aandacht aan hun uiterlijk, vragen ze zich af wat anderen van hen zullen denken of willen ze verleiden”, zegt Isaure, mama van twee kinderen, in een interview door de RTBF.

Therapeutische voordelen

“Maman va danser” is dus veel meer dan een avondje uit: het is een echte therapie op zich. De sfeer, de muziek, de verbondenheid met andere mama’s en zelfs het simpele idee dat je je helemaal kan laten gaan, geven het zelfvertrouwen van vele vrouwen een boost en verlaagt en hun stressniveau. De deelnemers bloeien helemaal open. Het concept heeft zijn vele voordelen al in het buitenland bewezen en binnenkort kan je er ook in België van genieten.

Samuel Walheer

 

Uitbreiding van het ouderschapsverlof: petitie om (aanstaande) ouders te steunen

Een burger diende onlangs de petitie “Versterking en uitbreiding van het ouderschapsverlof” in bij de Kamer van volksvertegenwoordigers. Ze verzamelde al veel handtekeningen, maar er zijn meer inspanningen nodig om ervoor te zorgen dat de Kamer rekening houdt met deze voorstellen. In de petitie wordt opgeroepen om het ouderschapsverlof in België uit te breiden en te verbeteren, zodat ouders meer tijd en financiële zekerheid krijgen om zich te richten op de zorg voor hun kinderen.

Verlof voor nieuwe ouders is een onderwerp dat ons bijzonder nauw aan het hart ligt bij Born in Brussels. Verschillende artikelen van de petitie gaan over de verschillende soorten verlof na de geboorte van een kind. De petitie van deze burger is belangrijk, zelfs essentieel, en we willen al onze lezers (of dit nu rechtstreeks betrekking op hen heeft of niet) aansporen om ze zo snel mogelijk te ondertekenen. Ter herinnering: een petitie is een voorstel dat elke burger, ongeacht zijn leeftijd, nationaliteit, taal of woonplaats, kan indienen bij de Kamer van volksvertegenwoordigers.  Het is een democratisch instrument waarmee het parlement ertoe kan worden aangezet rekening te houden met de bekommeringen van de burger. Een petitie kan betrekking hebben op verschillende federale bevoegdheden: de arbeidsmarkt, de sociale zekerheid, de fiscaliteit, politie en justitie, internationale betrekkingen of defensie. De petitie “Versterking en uitbreiding van het ouderschapsverlof” herneemt een aantal belangrijke punten in de vorm van artikelen.

Het belang van de eerste duizend dagen

De eerste 1000 dagen van een kind zijn cruciaal voor zijn emotionele, fysieke en sociale ontwikkeling. In deze periode vormt een sterke hechting met ouders de basis voor een gezonde ontwikkeling. Dit wetsvoorstel beoogt de verlenging en verbetering van het ouderschapsverlof in België, met als doel ouders meer tijd en financiële zekerheid te geven om zich te richten op de zorg voor hun kinderen. Daarnaast streeft het voorstel naar betere ondersteuning van borstvoeding, preventieve gezondheidszorg en verlichting van de druk op kinderopvangvoorzieningen.

Verlenging en verhoging van het ouderschapsverlof

Het ouderschapsverlof wordt verlengd tot 8 maanden per ouder, met een uitkering die 80% van het laatst verdiende brutoloon bedraagt, met een minimum van €1.500 per maand voor voltijdswerknemers. Voor deeltijdswerknemers wordt de uitkering pro rata berekend. Om een gelijkwaardige verdeling van zorgtaken te stimuleren, krijgen beide ouders gelijke rechten op het verlengde verlof. Een flexibel systeem biedt ouders de mogelijkheid om onderling te bepalen wie wanneer verlof opneemt, zonder financiële nadelen voor een van beide. Door dit financieel aantrekkelijk te maken, kunnen alle gezinnen genieten van het verlof, ongeacht hun inkomensniveau. Ook wordt rekening gehouden met de noden van eenoudergezinnen door gelijke toegang te waarborgen.

Vermindering van de druk op kinderopvang

De overheid investeert in uitbreiding en verbetering van kinderopvangfaciliteiten. Door ouders langer thuis te laten blijven met hun kinderen, wordt de druk op kinderopvang verminderd. Minder jonge baby’s in de opvang verlaagt niet alleen de bezettingsgraad, maar verhoogt ook de kwaliteit van zorg en aandacht per kind.

Gezondheidsvoordelen en preventieve zorg

Langduriger verlof biedt belangrijke gezondheidsvoordelen:

  • moeders: het risico op postnatale depressie wordt verminderd en moeders krijgen meer tijd om fysiek en mentaal te herstellen, balans te vinden tussen privé en werk;
  • kinderen: sterkere hechting en borstvoeding dragen bij aan een betere fysieke en mentale gezondheid. Momenteel belanden veel moeders op een ziekteuitkering omdat zij zich na 12 weken zwangerschapsverlof niet klaar voelen om weer te werken. Door het ouderschapsverlof te verlengen, kan dit worden voorkomen, wat de druk op het sociale zekerheidssysteem verlaagt.

Financieel en sociaal rendement

Investeren in verlengd ouderschapsverlof leidt tot maatschappelijke en economische voordelen:

  • lagere ziekteverzuimkosten: minder moeders vallen uit door onvoldoende herstel na de bevalling;
  • betere werkvloerplanning: werkgevers kunnen langdurige afwezigheid beter inplannen dan onverwacht ziekteverzuim;
  • hogere productiviteit: ouders keren mentaal en fysiek sterker terug naar het werk;
  • sterkere gezinnen en gemeenschappen: Door verbeterde ouder-kindrelaties neemt de sociale cohesie toe. Deze voordelen compenseren op lange termijn de kosten van een uitgebreid verlofsysteem.

Ondersteuning van borstvoeding

Momenteel stopt een groot deel van de moeders met borstvoeding bij terugkeer naar werk, mede door de stress en beperkte voorzieningen op de werkvloer. Langere thuisblijftijd maakt het gemakkelijker om borstvoeding te geven en beperkt de noodzaak tot kolven op het werk. Daarnaast blijkt dat moeders soms borstvoedingsverlof aanvragen, ook als zij geen borstvoeding geven, omdat de standaard verlofduur onvoldoende is. Het vervangen van borstvoedingsverlof door een verlengd ouderschapsverlof met degelijke uitkering zorgt voor meer gelijkheid tussen ouders en voorkomt misbruik van bestaande regelingen.

Ondersteuning van zelfstandigen

Zelfstandigen in België hebben momenteel geen recht op ouderschapsverlof. Om hen te ondersteunen, stelt dit wetsvoorstel twee mogelijke vormen van hulp voor:

  • financiële tussenkomst: de overheid past 65% van het gemiddelde netto-inkomen van de zelfstandige, berekend op basis van de twee voorafgaande jaren, bij gedurende maximaal vier maanden. Dit biedt zelfstandigen de financiële ademruimte om tijdelijk hun activiteiten te onderbreken en zich te richten op herstel, hechting en zorg voor hun gezin;
  • extra hulp in de zaak: voor zelfstandigen die hun werk gedeeltelijk willen voortzetten, kan de overheid bijdragen aan de inzet van een extra kracht in hun zaak tegen een lager tarief. De overheid subsidieert een deel van de loonkosten van een werknemer of een tijdelijke vervanging, waardoor de zelfstandige de nodige zorg kan combineren met een gereduceerde werkbelasting. Deze flexibele maatregel biedt zelfstandigen de mogelijkheid om een oplossing te kiezen die past bij hun situatie, terwijl het risico op burn-out en financiële moeilijkheden wordt verminderd en de continuïteit van hun onderneming gewaarborgd blijft.

Ondersteunende cijfers

  • Zweden biedt 16 maanden ouderschapsverlof met 80% loon doorbetaald en kan verdeeld worden over beide ouders; dit model kan als inspiratie dienen.
  • Borstvoedingscijfer stijgt gemiddeld met 50% bij minimaal 6 maanden thuisblijftijd.
  • Verlenging van ouderschapsverlof tot 12 maanden vermindert ziekteverzuim van moeders met 30%. – Kinderopvangkosten dalen met 20% in landen waar ouders langer thuis blijven.

Conclusie

Dit wetsvoorstel beoogt een gezonde balans tussen werk en gezin, met verlenging en verhoging van het ouderschapsverlof als centrale maatregel. Dit draagt bij aan het welzijn van ouders en kinderen, versterkt gezinnen en creëert een gezondere en meer inclusieve samenleving. Door te investeren in preventie, hechting en gezondheid, wordt op lange termijn bespaard op sociale en gezondheidszorgkosten.

→ Teken de petitie

 

Gedeeld door Samuel Walheer

Autodelen: betere bereikbaarheid voor Brusselse gezinnen

De Ligue des familles deelt haar recente studie in samenwerking met autodelen.net (Vlaanderen) over het gebruik van deelauto’s door Brusselse gezinnen. Dankzij de steun van Leefmilieu Brussel en Brussel Mobiliteit konden negentien gezinnen met verschillende profielen gedurende twee maanden drie autodeeldiensten uittesten: Cambio, Poppy en Miles. Het doel daarvan was om in kaart te brengen wat de obstakels zijn voor gezinnen met kinderen op vlak van van duurzame mobiliteit, welke voordelen die voor hen kan hebben en de nodige aanbevelingen te bezorgen aan overheidsdiensten en aanbieders van deelauto’s.

“Het is niet goedkoop, maar je moet de vergelijking maken met de werkelijke kosten van een auto, die over het algemeen driehonderd tot vierhonderd euro per maand bedragen. Het concept om een toestel te delen dat we niet dagelijks gebruiken, is briljant en omvat belangrijke waarden.” Getuigenis uit de studie van de Ligue des Familles.

Opzet van de studie

Er werden negentien gezinnen geselecteerd om deel te nemen aan dit mobiliteitsexperiment. Tien van die gezinnen zijn ’traditionele’ gezinnen (samenwonende ouders met hun eigen kinderen). De overige gezinnen zijn eenoudergezinnen of nieuw samengestelde gezinnen (met een tot en met zeven kinderen, tussen de een en zestien jaar oud). In drie van de gezinnen heeft iemand een beperking. Het experiment ging op 1 oktober 2024 van start via de app Olympus Mobility, die deelauto’s van Cambio, Poppy en Miles aanbiedt. Na twee maanden gebruik – waarbij de gezinnen elke twee weken om feedback werd gevraagd over hun verplaatsingen – polste de Ligue des Familles per telefoon hoe het experiment was gegaan.

“Het was leuk om voor bepaalde trajecten (boodschappen, verplaatsingen bij koud weer) geen gebruik te moeten maken van het openbaar vervoer. Het is veel praktischer en comfortabeler met de auto: er is geen geluids- of geurhinder; het is aangenamer. Bovendien hoef je met dit systeem zelf geen auto te kopen.” Getuigenis uit de studie van de Ligue des Familles.

Belemmeringen

Volgens het onderzoek van de Ligue des Familles was de feedback van de gezinnen overtuigend, ondanks bepaalde praktische moeilijkheden. De gezinnen hadden hulp nodig om de digitale diensten te gebruiken (aanvraag, reservatie, controle van de staat van de auto). Een tweede – logistiek – probleem voor gezinnen met jonge kinderen was een kinderzitje. Een derde probleem betrof de beschikbaarheid van zogenaamde gezinswagens, die beter geschikt zijn voor grotere gezinnen. Tot slot moeten overheidsdiensten en aanbieders van deelauto’s meer rekening houden met de specifieke behoeften van gezinnen en hun aanbod daarop afstemmen.

“De eerste stappen moeten beter worden uitgelegd: snel de autodeelplaats en de sleutel vinden, de auto en het slot ontgrendelen, de wagen controleren, enz. Dat allemaal moeten opzoeken op het internet is best ingewikkeld.” Getuigenis uit de studie van de Ligue des Familles.

Aanbevelingen

De Ligue des Familles kon zo enkele conclusies trekken. Een aantal aandachtspunten kwamen naar voren: er moeten kinderzitjes worden geïnstalleerd; de reiskosten moeten nauwkeuriger worden geraamd; de tarieven en waarborgen moeten worden aangepast; er moet een controlesysteem komen voor de netheid; schade melden moet makkelijker worden; er moet individuele begeleiding zijn voor gezinnen die moeite hebben met digitale technologie. Het is ook nodig gezinnen begeleiding aan te bieden voordat ze beginnen met autodelen, zodat ze niet voor verrassingen komen te staan bij het eerste gebruik.

“Als deze maatregelen worden toegepast, kan autodelen aantrekkelijker en praktischer worden voor gezinnen. Dat kan ertoe bijdragen dat er minder privéwagens worden gebruikt en onze mobiliteit duurzamer wordt”, besluit de Ligue des Familles.

→ Lees de volledige studie (in het Frans)

Samuel Walheer

Overgewicht bij kinderen voorkomen en voedingseducatie: betrek ook de (toekomstige) ouders

Op 4 maart 2025 was het Wereld Obesitas Dag. Aan obesitas bij kinderen zijn allerlei stereotypen verbonden en soms is het zelfs taboe. Sommigen leggen de verantwoordelijkheid volledig bij de ouders, volgens anderen ligt het aan genetische of omgevingsfactoren en bepaalde mensen zien het zelfs als een maatschappelijke afwijking. In België treft die stigmatiserende en chronische ziekte ongeveer 6% van de kinderen tussen 2 en 17 jaar. Er zijn echter een aantal dingen die (toekomstige) ouders kunnen helpen omgaan met de kwetsbaarheid van hun kind(eren) voor overgewicht en obesitas. Ook voor hen zijn de uitdagingen niet min.

Obesitas bij kinderen is een volksgezondheidsprobleem dat Born in Brussels graag onder de aandacht wil brengen. Nu we steeds meer zitten, toegang hebben tot industrieel en bewerkt voedsel, beeldschermen alomtegenwoordig zijn en we overstelpt worden met reclame voor ongezonde producten, staan gezondheidsprofessionals en onze hele samenleving voor grote uitdagingen. Bovendien belichtte Born in Brussels eerder ook al andere onderwerpen die nauw verbonden zijn met overgewicht en obesitas. Die geven een beter inzicht in de invloed van omgevingsfactoren op de gezondheid van jonge kinderen: Santé publique : reportage sur l’impact des écrans chez les tout-petits !(artikel in het Frans), Carte blanche: voor een gezondere stad voor iedereen, en vooral voor de kinderen en De FOD Volksgezondheid lanceert een sensibiliseringscampagne over hormoonverstoorders.

“Het ontbrak de medische wereld lang aan middelen om obesitas te behandelen. Er werd gezegd dat de patiënt zelf actie moest ondernemen: minder eten, meer bewegen. Eigenlijk werd de patiënt aan zijn lot overgelaten. Er werd op den duur zelfs gezegd dat mensen gewoon lui zijn, terwijl we weten dat dit niet waar is”, verduidelijkt prof. dr. Bart Van der Schueren, endocrinoloog aan het UZ Leuven en voorzitter van de Belgische Vereniging voor de Studie van Obesitas (BASO).

Destigmatiseren

De ziekte wordt over het algemeen geassocieerd met een gebrek aan evenwicht tussen de opname en het verbruik van energie, wat volgens gezondheidsprofessionals een nogal arrogante opvatting is. De Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) beschouwt obesitas bij kinderen sinds 1997 als een chronische ziekte. In tegenstelling tot sommige andere aandoeningen is obesitas duidelijk zichtbaar. Hoewel genetische factoren tot de belangrijkste oorzaken behoren, kan de ziekte ook door de omgeving worden getriggerd. Kinderen die te dik zijn, worden vaak gestigmatiseerd door hun omgeving en, bij uitbreiding, de samenleving. Nicolas Guggenbühl, professor voeding en dieetkunde aan de Brusselse Haute École Léonard de Vinci: Die beschuldigende houding tegenover mensen met obesitas – het is je eigen schuld als je te dik bent – is problematisch. Die is nog steeds wijdverbreid, hoewel ze heel schadelijk en zeer contraproductief is voor de behandeling van obesitas.”

Voorkomen is beter dan genezen

Bepaalde omgevingsfactoren bevorderen gewichtstoename op jonge leeftijd, wat kan leiden tot overgewicht en zelfs obesitas bij kinderen. Als kinderen niet gestimuleerd en begeleid worden door hun omgeving, dreigen ze te sedentair te worden en een slechte levensstijl aan te nemen (weinig lichaamsbeweging in combinatie met een onevenwichtig dieet). Om deze schadelijke effecten voor de lichamelijke en geestelijke gezondheid van kinderen tegen te gaan, is voeding de belangrijkste factor. “Door de groeicurve van je kind te observeren, kan je op tijd actie ondernemen. Je moet preventief te werk gaan en erop letten dat je kind voldoende eet en zichzelf geen beperkingen oplegt, maar ook niet te veel eet. Kinderen die snel eten, niet naar hun hongergevoel luisteren, meteen nog een portie nemen of twintig minuten na de maaltijd al een snack uit de kast nemen terwijl ze die energie niet nodig hebben, slaan nutteloze reserves op.” Dat verklaart Mélissa Moretti, diëtist bij Clinique du Poids Junior van het Universitair Kinderziekenhuis Koningin Fabiola, in een interview van de RTBF-nieuwsdienst.

Een gezonde levensstijl aannemen

Hoewel lichaamsbeweging niet altijd leidt tot gewichtsverlies, is ook dat een manier om overgewicht en obesitas te voorkomen. Bewegen vermindert het risico op hart- en vaatziekten, diabetes en kanker en helpt tegen stress en depressie. Ouders die zelf actief of zelfs sportief zijn, geven het goede voorbeeld aan hun kinderen, wat uiteraard positief is. Naargelang de capaciteiten en wensen van elk kind kan die aanmoediging om te sporten hen op weg helpen naar een gezonde levensstijl. In combinatie met evenwichtige voeding kan dat het risico op overgewicht verminderen. Sciensano, de nationale onderzoeksinstelling voor volksgezondheid in België, geeft een paar voorbeelden van goede gewoonten voor ouders en kinderen: wandelen, rennen, zwemmen, fietsen, zelf koken, samen ontbijten en niet voor de televisie, kiezen voor gezonde tussendoortjes (fruit, zuivelproducten), geen maaltijden overslaan, rustig en op vaste tijden eten, zorgen voor gevarieerde en aangepaste maaltijden en zoete en zoute snacks vermijden.

Wie kan ik om hulp vragen?

Hoe voorzichtig (toekomstige) ouders ook zijn, het is niet altijd gemakkelijk om een ziekte te herkennen bij kinderen. Verschillende eerstelijnshulpverleners kunnen ingrijpen bij dieetproblemen en een afwijking op de groeicurve waarnemen: huisartsen, schoolartsen, kinderartsen, Kind en Gezin of het Franstalige ONE. Zo biedt het ONE vijftien onderzoeken tussen 0 en 3 jaar aan en drie onderzoeken tot 6 jaar. Een gezondheids- en welzijnsteam volgt gratis de ontwikkeling op van het kind op een aantal gebieden (zicht, gehoor, vaccinaties en voeding).

Meer informatie op de Franstalige website van het ONE en Kind en Gezin

“Obesitas is een chronische en complexe aandoening met een grote impact op de levenskwaliteit. Het is een interactie van lichamelijke, sociale en psychologische factoren“, volgens het RIZIV.

Individuele begeleiding

Als een gezondheidsprofessional overgewicht of obesitas bij een kind heeft vastgesteld, is het ook mogelijk om een beroep te doen op het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV). Sinds december 2023 biedt het RIZIV begeleiding en zorg op maat van de situatie van het kind: terugbetaling van diëtetiek, een zorgtraject voor obesitas bij kinderen en zelfs gespecialiseerde zorg voor morbide of complexe obesitas.

→ Meer informatie

Ouders mogen zichzelf niet vergeten

Ouder worden betekent ook geconfronteerd worden met veel moeilijkheden. De gezondheid van de kinderen komt vaak op de eerste plaats en sommige ouders dreigen zichzelf te vergeten. Prof. dr. Bart Van der Schueren:“Voor een alleenstaande ouder met drie kinderen en een job is het moeilijk om de tijd te vinden om te sporten, te koken en je lichaam goed te verzorgen. Dankzij wetenschappelijk onderzoek weten we nu ook dat er een heel autonoom hormonaal circuit is dat ons gewicht regelt. Verrassend genoeg houden we ons gewicht goed vast en vallen we alleen af als er een probleem is (zoals een beginnende kanker). We hebben dus veel minder controle over ons gewicht dan we eerder dachten. Die nieuwe wetenschappelijke inzichten dwingen ons om mensen met obesitas te destigmatiseren.” Het begint erbij dat ouders beseffen hoe belangrijk voedingseducatie is voor hun kinderen en dat ze die inzichten kunnen toepassen.

Tekst en opmaak: Samuel Walheer